Unieke resten van het Spaans fort worden steen voor steen weer zichtbaar.
Venlo – Kitty Borghouts
Bij de transformatie van het kazerneterrein in Blerick naar woonwijk staat de historie centraal. „De resten van het Spaans fort zijn uniek voor Nederland.”
Bij de resten van een poterne uit de tijd van Napoleon houdt bouwhistoricus Hein Hundertmark even halt. Hij wijst op de opnieuw opgemetselde zijwanden van de vroegere onderdoorgang, ooit onderdeel van het verdedigingswerk Fort Sint Michiel. Voor een leek is nauwelijks te zien wat oud of nieuw is, maar Hundertmark kent elke steen. „De nieuwe zijn precies hetzelfde als de oorspronkelijke”, zegt hij. „Met vijf originele stenen zijn we naar een gespecialiseerde steenbakkerij gegaan. Die kan ze exact namaken, compleet met willekeurige groeven erin.”
Een arbeidsintensieve aangelegenheid, zeker nu er nog heel veel restauratiewerk wacht. Zo’n 70 procent van de resten van de vijfpuntige fortmuur, deels nog onder de grond, wordt uitgegraven, gerestaureerd en komt voor altijd in het zicht. Als de nieuwe stadswijk die verrijst op het voormalig kazerneterrein klaar is, kan er een rondje fort worden gewandeld. Hundertmark is er blij mee dat bij de bouw van de nieuwe stadswijk, waaraan hij als adviseur is verbonden, de historie eindelijk de volle aandacht krijgt. Dat is wel eens anders geweest, memoreert hij. „Bij bouwwerkzaamheden aan de overkant van de Maas zijn in het verleden belangrijke archeologische resten weggehaald.”
In alle plannen die ontwerpbureau West 8 maakte voor vijfhonderd woningen, een hotel, brouwerij, basisschool en horeca in het Kazernekwartier, is rekening gehouden met de geschiedenis van het gebied.
En dat is een heel bijzondere geschiedenis. Er zijn grofweg twee tijdlagen, doceert Hundertmark. De meest recente is de periode dat het gebied de Frederik Hendrikkazerne huisvestte. Het complex met militaire verblijfsgebouwen, loodsen en stallen werd in 1913 in gebruik genomen en deed tot lang na de Tweede Wereldoorlog dienst, op het laatst als militaire rijschool. Een aantal gebouwen en de appèlplaats zijn rijksmonument.
Toen de kazerne werd gebouwd, was er niet veel aandacht voor historie, zegt Hundertmark. Bovengrondse resten van het fort waren in de loop der jaren al gesloopt en afgevoerd. De kazernegebouwen belandden deels bovenop ondergrondse fortresten. Een deel van de wel toegankelijke ondergrondse restanten is afgelopen jaren blootgelegd en opgeknapt. Zoals de eerder genoemde poterne, waar de keuken van het kazernecomplex op was gebouwd. „De resten van dit Spaans fort zijn uniek voor Nederland”, zegt Hundertmark. „Er zijn amper vergelijkbare voorbeelden van dit soort bouwwerken bewaard gebleven.”
Het fort werd oorspronkelijk gebouwd in de periode van de Tachtigjarige Oorlog (16e-17e eeuw), maar onderging begin negentiende eeuw een opknapbeurt. Napeleon gaf in 1806 opdracht de hoge wallen te versterken met een zware muur. De ontwerptekening en twee latere revisietekeningen zijn bewaard gebleven en liggen in het Nationaal Archief. En dat is opmerkelijk, zegt Hundertmark; niet veel documenten uit die tijd zijn er nog. „Als een bouwwerk af was, gingen de bouwplannen vaak naar de lompenboer, dan brachten ze nog wat op als grondstof.”
De fortmuur omsloot een hoge aarden wal waarop de kanonnen stonden om de stad Venlo aan de overkant van de Maas te beschermen. De metersdikke muur was oorspronkelijk zeven meter hoog. Die hoogte krijgt de gerestaureerde versie alleen aan de noordzijde van de appèlplaats, waar in tegenstelling tot aanvankelijke plannen nooit kazernegebouwen zijn verrezen.
Lees ook: Kazernekwartier in Blerick wordt omgetoverd tot hippe autoluwe stadswijk: ‘Een uniek project’
De eerder genoemde poterne vormt straks een nieuwe entree, die via een historische wandelroute het Kazernekwartier en het station Blerick verbindt.
Het entreegebied van de voormalige kazerne, met twee statige zuilen die nog uit het forttijdperk stammen, worden teruggezet naar hun oorspronkelijke plek, enkele meters verderop. In dat gebied gaan archeologen binnenkort raven naar meer resten van het fort en eventuele achtergebleven explosieven. De verwachtingen zijn hooggespannen, zegt Hundertmark. „We verwachten daar de pijlers te vinden van de brug die er heeft gestaan.” Onder de appèlplaats, qua ruimtelijke structuur rijksmonumentaal, hoopt hij op restanten van barakken uit de 17e eeuw. De plek wordt straks ontmoetingsruimte, omgeven door veel groen. Hoe mooi is het als je dan straks kunt zitten op de opgemetselde contouren van een barak van het Spaanse fort uit de 17e eeuw?